Harwil de Jonge, directeur van Heijmans, is één van de keynotesprekers tijdens het NCBOR op 21 april 2022 in Helmond. Een vastgoeddirecteur die verder kijkt dan de klassieke ruimtelijke formule l x b x h. Al jaren geleden voegde hij de factor n van natuur toe. De Jonge nodigt de beheerder uit om eerder aan te sluiten bij gebiedsontwikkelingen en kennis en ervaringen te delen.
Bron: Straatbeeld
De Jonge komt tijdens NCBOR spreken over hoe Heijmans bezig is om een gezonde leefwereld te creëren. Hij is al ruim 20 jaar betrokken bij diverse gebiedsontwikkelingen in Nederland en ziet de waarde van duurzaam bouwen voor de lange termijn. De Jonge: “Zo hebben wij een aantal jaar geleden besloten om samen te werken met NL Greenlabel. Dan gaat het niet alleen om het behalen van Gebiedslabel A voor ieder project, ook al willen we dat wel graag, maar meer over vooraf duurzaamheidsdoelstellingen bepalen voor het ontwerp en het borgen en meetbaar maken in de processen. Dit in samenspraak met alle belanghebbenden en ervaringsdeskundigen, dus zeker ook met de beheerder.
We hebben in 2018 gezegd: we willen over vijf jaar makers zijn van een gezonde leefomgeving. We hebben een aantal uitspraken gedaan die ambitieus zijn op het gebied van duurzaamheid, natuurinclusief bouwen en circulariteit. Gebieden waar we aan de slag gaan, willen we beter achterlaten dan hoe we het aantroffen.”
Integraal werken
Het creëren van een gezonde leefomgeving vraagt om integraal werken. “Waar komen de beheerders, ontwerpers en ontwikkelaars elkaar tegen in een bouwproces? Vooraf of pas tijdens de realisatie van een project”, vraagt De Jonge zich hardop af. “In de praktijk zie je dat het verschilt per project, maar over het algemeen komen deze ontmoetingen te laat. Je wilt gezamenlijke ambities bepalen. We leveren nu vaak een project op, geven de sleutels af en dan zijn we weg. Maar we moeten eigenlijk veel langer betrokken blijven om nog meer invloed te kunnen uitoefenen.”
De Jonge komt met een praktijkvoorbeeld. “Neem nou het Nationaal Militair Museum in Soesterberg. Daar heeft een integrale benadering, waarbij stakeholders vanaf het begin hebben samengewerkt, gezorgd voor andere ontwerpkeuzes. Uiteindelijk kan de keuze gemaakt worden om duurdere materialen toe te passen voor het gebouw en inrichting eromheen , waarbij de onderhoudskosten veel lager zijn. Op de lange termijn is het een interessante investering voor alle betrokken partijen. Dat geldt ook op grotere schaal voor gebieden.
Neem bijvoorbeeld de klimaatvraagstukken. Wie hebben er belang bij dat er geen wateroverlast is? Dat zijn niet alleen de bewoners, maar ook de verzekeraars omdat zij met de juiste maatregelen minder schade hoeven uit te keren. Als je er baat bij hebt, ben je ook eerder geneigd om financieel bij te dragen. Ook deze partijen moeten eerder aan tafel zitten.”
Wet- en regelgeving
De Jonge pleit voor wet- en regelgeving als het gaat om biodiversiteit en klimaatadaptatie. “Kijk bijvoorbeeld naar het Energieprestatiecoëfficiënt in de bouw. Deze werd steeds lager gezet door de overheid. Mensen mopperen dan eerst even, maar houden zich daarna aan deze normering. Wat we zien met klimaat en biodiversiteit is dat er nog geen regels voor zijn. Het is nu een intrinsieke motivatie van een gemeente of projectontwikkelaar om ermee aan de slag te gaan. We moeten op het gebied van klimaat en natuurinclusief bouwen toe naar een landelijke normering. De vele woningen die gebouwd moeten worden, bieden kansen voor natuurinclusief bouwen.
Wij willen met onze gebiedsontwikkeling standaard toewerken naar Gebiedslabel A van NL Greenlabel. Als je kijkt naar gebouwen dan werken we veel met GPR, dat is een digitaal instrument om de duurzaamheid van een woon-, een kantoor- of een onderwijsgebouw in kaart te brengen. Dit door middel van rapportcijfers voor de thema’s energie, milieu, gezondheid, gebruikskwaliteit en toekomstwaarde. Wij vinden dat we zelf initiatief moeten tonen.”
Als er toegewerkt wordt naar een gezonde leefomgeving, dan kan er met parkeren de nodige winst worden behaald, stelt De Jonge: “Je ziet bij gebiedsontwikkeling dat er door de parkeernormen veel ruimte ingetekend wordt voor parkeren. Er wordt dan vooraf een ontwerpschets gemaakt van het gebied, waarbij meteen veel parkeerplaatsen worden geclaimd. Maar wat voor schets kun je maken als je in een gebied inzet op andere vormen van mobiliteit, in plaats van alleen de auto te faciliteren. Dan hou je in de wijk ruimte over voor een groot park. Door parkeren versteent een gebied, ook al zijn er wel mogelijkheden als het gaat om infiltratie van regenwater. Durven we andere ontwerpkeuzes te maken? Daar heb je wel lef voor nodig.”
Betrokken
Een project ontwerpen, opleveren en dan weg gaan. Zijn dat de gewenste structuren of moeten we daar anders over denken? “Dat vind ik wel een interessante vraag. Ik zou graag langer betrokken blijven bij gebiedsontwikkeling. Wij werken veel samen met wetenschappelijke partijen. Door monitoring kijken we of de maatregelen die we nemen in een gebied ook daadwerkelijk effect hebben. We kunnen dan bijsturen als dat nodig mocht zijn.
De gezonde leefomgeving is een hot item en klimaatadaptatie en natuurinclusief bouwen worden steeds belangrijkere thema’s. We hebben steeds vaker te maken met hittestress, wateroverlast en daarnaast heeft iedereen tijdens corona ervaren hoe belangrijk een gezonde en groene leefomgeving is. Daarnaast worden er ook steeds meer onderzoeken gepubliceerd die aantonen dat het menens is. Het is tijd om belangrijke onderwerpen integraal aan te pakken in plaats van dat we er alleen maar over praten”, zo besluit De Jonge.
Wil je hierover verder praten? Dat kan, tijdens NCBOR op 21 april 2022 in De Traverse in Helmond. Zien we je daar? Bekijk het programma en schrijf je in!